Menu

Menu

Oorsprong 

Vriesea is een van de sterren van het Zuid-Amerikaanse tropische regenwoud, waar meer dan 150 verschillende soorten voorkomen.
De plant groeit er meestal hoog in bomen om zoveel mogelijk licht op te vangen.
Vriesea is vernoemd naar haar ontdekker, prof. dr. Hugo de Vries.
Hij was hoogleraar in de plantkunde in Amsterdam en Leiden, en medeoprichter van de Nederlandse Botanische Vereniging in 1845.

Vriesea voedt zich met regenwater, afgevallen bladeren en vogelpoep.
De plant vangt die dingen allemaal op in de rozet, waar zo een reservoir vol voedingsstoffen ontstaat.
Niet alleen Vriesea voedt zich hiermee, ook dieren maken gebruik van deze wateropslag.
Vogels, apen, kikkers en andere insecten komen er graag een slokje uit nemen.
Vooral voor de gifkikker is de plant onmisbaar. Zij maken gebruik van het water in de koker van de plant om hier hun kikkerdril in af te zetten en zich zo voort te planten.
Om die reden wordt de Vriesea in de Braziliaanse volksmond ook wel ‘sala de parto’ genoemd, ofwel ‘kraamkamer’.
Het is een typisch cadeau om een nieuw leven, nieuw huis of nieuwe start mee te vieren.

Verzorgingstips 

De wortelkluit moet tijdens de groei goed vochtig worden gehouden.
In de winter moet de watergift worden gehalveerd.
Zet Vriesea in een goed gedraineerde pot.
In de koker moet een beetje water staan.
Gebruik bij voorkeur lauw en kalkvrij water.
Geef de plant tijdens de groei om de veertien dagen een beetje voeding via het gietwater.
Voeg ook aan het kokerwater een beetje voeding toe.
Vriesea is zeer gevoelig voor droge lucht.
Men dient de plant warm te houden bij een temperatuur die ‘s nachts niet onder de 18 tot 20 graden Celsius daalt.
Bloeiende planten gedijen ook in meer schaduwrijke omstandigheden.

Speciale kerst uitvoering